Een blikje aarbeienyoghurt en de vervloekte Sunshine city

19 augustus 2016 - Tokyo, Japan

Onze tweede dag ging van start. We besloten niet al te vroeg op te staan om nog meer slaaptekort te voorkomen. Dus rond 11uur stapten we met tas en al naar buiten, gereed voor een nieuw avontuur. Bij de inmiddels vertrouwde 7-eleven kochten we een ontbijt en een voorraad water. Vervolgens kon het feest beginnen.

Met de metro gingen we eerst langs Akihabara. Akihabara heeft iets weg van Time Square in Amerika, waarmee ik doel op de drukte en reclameborden. In plaats van reclame over films, drinken, eten, computers en noem het maar op, zoals in Amerika het geval is, is in Akihabara alleen maar reclame over één ding: anime. We liepen tegen grote borden met felle kleuren aan, grote borden met bewegende plaatjes, grote borden met grote woorden en allemaal zeiden ze hetzelfde: anime, anime, anime! We kwamen zelfs de beruchte Maid café tegen (een van de serveersters met bijpassende kleding stond buiten te flyeren, een ander stond op de eerste verdieping van alles aan te kondigen).

Welcome to Akihabara2

Het tweede punt op ons programma was een Hard Rock café zoeken, want daar wilde Cas graag souvenirs kopen. Het was echter hoognodig tijd voor een plaspauze. Dit bleek niet zo gemakkelijk te vinden te zijn als je zou denken. In heel veel restaurants zijn er namelijk geen wc’s in Japan. Het stadhuis bood echter toegang tot een openbaar toilet. Daar maakte ik echter de misser door per ongeluk op de ‘emergency button’ knop te drukken in plaats van ‘flush’. Een politiemannetje kwam aan gesneld, waardoor ik het snel op een rennen zetten.

Na de Hard Rock café kwam de Ueno Park. Maar onze magen rammelden intussen al een beetje, dus besloten een bento te kopen. We kozen iets uit wat ons lekker leek en kregen het opgewarmd en met stokjes geserveerd mee. De Ueno park die behoorlijk groot blijkt te zijn, had een tekort aan bankjes, dus moesten we maar genoegen nemen met een steen. De bento bestond, grote verrassing, voornamelijk uit rijst. Ik heb wat gebraden kip, stukjes ui en wortel en hé, wat spaghetti, in mijn lucky pakket meegekregen. De meest vreemde combinatie en een boost aan calorieën, maar verbazingwekkend lekker.

Terwijl we het voedsel lieten zakken, nam een oud opaatje plaats op de steen naast ons en begon in Japans te praten. Ik verstond hem in eerste instantie niet, waardoor hij een poging deed half Japans half Engels te praten. Toen ik in het Japans antwoordde, was hij verbaasd. Een gesprek in het  Japans volgde. Woorden die ik niet kende werden in het Engels vertaald en zo babbelden we aan een stuk door. Het oude opaatje bleek een man genaamd Tanaka te zijn, wiens aller grootste vreugde bestond uit een paar minuten met twee onbekenden te praten. We spraken over koetjes en kalfjes, maakten een foto samen en, toen Cas en ik op het punt staan te vertrekken, werden we zelfs een drankje van de bekende Japanse machines aangeboden. Dit is al de tweede keer dat we kennis maakten met de vrijgevigheid van Japanners. Het waren maar twee blikjes uit een automaat, maar dat gecombineerd met de vreugde waarmee de daad werd gepleegd, was een ervaring om niet snel te vergeten. Ik koos voor een aardbeien blikje, wat leek op iets als Fristi, maar bleek iets als vloeibare yoghurt te zijn (bijna hetzelfde misschien, maar het smaakte toch heel anders).

Aardbeienyoghurt :)

Ons reis werd vervolgd door de rest van Ueno Park, waar we tegen een muur van mensen aan liepen. Een Pokemon go spelende mensenmuur. Je kon precies zien waar de meeste Pokemon zaten. Op die plekken vormde zich namelijk een kunstwerk van stilstaande mensen die alleen hun mobiel konden zien (en de Pokemon natuurlijk).

Ueno Park10

We maakten een rondje waarin we stalletjes zagen, shrines, veel bomen en bloemen.
Toen keerden we terug om ons gereed te kunnen maken voor de nachtbus rit. We douchten, pakten onze spullen in, kregen avondeten geserveerd van de vriendelijke mensen waar we verbleven en waren toen gereed om te gaan. Of toch niet...

We raakten aan de praat met de moeder en oma (in Japans, jippy!) en de oma vertelde dat ze een traditioneel Japanse dans danste in traditioneel Japanse kledij. Het een leidde tot het ander en plotseling stond eerst ik en vervolgens ook Cas in een Kimono (a dream come true...!). Het vergt tijd en oefening om een kimono aan te doen. Eerst krijg je een soort shirt aan, dan komt het werkelijk kleed. Met geoefende vingers wordt die met twee linten vast gebonden. Dan komt er nog de grote middelband die achter wordt vast geknoopt. Met elke knoop wordt je middel een stukje kleiner en je longen iets meer geplet.

Daar stond ik dan: met een traditionele kledij aan. Helemaal happy. Er werden nog even foto’s gemaakt. Foto hier. Foto daar. Ja, Cas, jij moet er ook bij.

Kimono timeKimono time2

En toen realiseerden we dat de tijdstip waarop we origineel wilden vertrekken, al gepasseerd was…

Geen paniek! We hebben uitgerekend dat we te vroeg aan zouden komen. Iets later vertrekken betekent niet dat we niet op tijd zullen zijn. Geen paniek. Geen paniek. 

Ships...! De locatie bleek niet de een te zijn die we dachten. Het is wel Ikebukuro, maar niet Ikebukuro station. Het is Ikebukuro sunshine city (lekker verwarrend). Die bleek nog iets verder weg te zijn. Google maps kon ons vertellen dat we om 22.10 zouden moeten arriveren. Dan vertrekt de bus... Goed, we proberen het gewoon. Minuten van rennen, rennen en rennen verstreken. Het Japanse metro systeem leek opeens niet meer zo gemakkelijk in elkaar te zitten en bijna pakten we de verkeerde metro.

22.15 arriveren we op Ikebukuro sunshine city met niet zo'n sunshine gezichten. Rood in het gezicht en helemaal bezweet kregen we te horen dat, ja, onze bus al weg was. ‘Helaas’ was de boodschap, of, zoals de Japanners het zeggen: shoganai. We probeerden nog aan andere buschauffeurs te vragen of ze plek over hadden. Nee, niks. Nog een ticket boeken dan maar. Nee, ook dat was niet mogelijk bij sunshine city. Op de telefoon dan maar. Helaas, alle bussen zijn vol. De eerste gaat twee dagen later pas.

Ships, ships, ships, ships!

Een moment van moedeloosheid volgde. Het licht was niet te zien aan het einde van deze tunnel. Sunshine city had twee onweerswolken gekregen. Het was half 12 als we besloten terug te gaan. Gelukkig mochten we nog een nachtje slapen bij de vriendelijke Japanse familie.

We voelen ons dom en verslagen die nacht. Hadden we maar dit gedaan... Of dit...

Wat nu? was de volgende vraag. De bussen reden niet morgen. En pas de dag daarna ’s avonds. Ons hele Kyoto plan zou dan in de soep vallen. De trein dan maar? Google maps deelde ons beleefd mee dat het evenveel zou kosten als onze vijf dagen bus ticket. Auch.

Verslagen gingen we naar bed. Inmiddels waren mijn muggenbulten aantal van 11 op een been en 6 op de ander, ver over de 20. Een record! Maar niet echt eentje om van te springen.

Wat heb ik uit deze ervaring geleerd? Twee hele simpele dingen:

1.       Je kan nooit voorbereid genoeg zijn.

2.       Een mens is niet perfect. Fouten maken is namelijk menselijk. Deal with it.

Foto’s

3 Reacties

  1. Ietje:
    21 augustus 2016
    Alleen over de japanse toiletten kun je wel een boek schrijven!

    Wat een geweldige ervaring; het gesprek met de oude man!

    En ook nog een kimono gepast, we willen foto's zien!

    Wat een ellende dat de bussen daar geen vertraging hebben
  2. Marlein:
    21 augustus 2016
    Ik geniet echt van het lezen van je verhalen Frietje! Klinkt alsof je het echt ongelooflijk naar je zin hebt :) En wat een ongelooflijk schattige man hihi!
  3. Annatjie:
    22 augustus 2016
    Heerlik gelees! Julle het die bus gemis, maar in ruil daarvoor wel die kimoni's aangepas, 'n regte Japanse ervaring!