Hertjes en rode bonen op ijs

23 augustus 2016 - Nara, Japan

Nog even twee verhaaltjes over gebeurtenissen die niet vandaag zijn gebeurd, maar die toch leuk waren om te ervaren.

Verhaal 1: Gisteren kreeg ik van een kamergenoot op de herberg de kans om een Japans biertje te proeven die gemaakt was van rode rijst. Vraag me niet hoe, maar de Japanners krijgen het voor elkaar om echt alles van rijst te maken. Toen mijn kamergenootje het drankje in een glas goot, had het een veelbelovende rode kleur. Ik nam een slokje en kwam tot de teleurstellende realisatie dat het net zo naar bier smaakte als elk ander biertje in Nederland. Geen vreemde rijst smaak dus. Niet eens een vreemde róde rijst smaak.

Verhaal 2: Hoewel dit al een tijdje geleden was gebeurd, vergat ik om dit te noteren in mijn eerdere blogs (te veel om over te schrijven en jullie mee te vervelen!). Een tweede toilet ervaring, namelijk: het gat in de grond toilet. Japan is op veel manieren tegenstrijdig. Zo heeft Japan de nieuwste wc's met de meest vreemde opties. Daar tegenover staat dat ze in veel publieke plekken ook nog het gat wc hebben. Oké, er is een flush optie en de wc heeft mooie witte randjes, maar laten we zeggen waar het gewoon op neer komt, namelijk: een gat in de grond. Het blijkt overigens beter te werken voor de grote boodschap. Iets van: als je hurkt dan is je dikke darm vrij of dan zit er geen knak in of zoiets en dan vloeit het beter? Anyway, de eerste keer dat ik er op ging zitten, ho, wacht, zitten gaat niet echt op zo’n gat... Uhm, de eerste keer dat ik er gebruik van maakte, was toen er geen westerse toilet in de buurt was en we waren bij een tempel in de bergen. Ik dacht dat ik het principe wel kende: broek omlaag, hurken en gaan met die banaan. Ik was echter verward met deze wc, omdat hij niet op de grond lag, maar op een verhoging, als je begrijpt wat ik bedoel. Het was op zit hoogte, zeg maar. Dus eh, hoe moest ik hurken?

Ik zal je de details verder besparen hoe dit zaakje precies eraan toe ging, maar laat ik je in elk geval wel vertellen dat zowel er bovenop klimmen en hurken en lager zitten en hurken niet echt een bevredigende werking had. Ook het feit dat je benen geen rust kregen (vooral na al dat lopen), vond ik ook niet bepaald prettig. Bij een tweede gat-in-grond ervaring ontstond er ook nog verwarring over hoe je precies moest afvegen als de wc papier plotseling achter je gelokaliseerd is. Geloof me, als je eenmaal in de kikker positie verkeerd en je komt erachter dat voor je een muur is en achter je het wc-papier, dan ben je niet bepaald happy. Dus: nog veel te leren qua wc technieken! Misschien dat ik ergens een cursus kan volgen.

Goed, dan switchen we nu over naar de gebeurtenissen van vandaag! Vandaag gingen we namelijk naar (tromgeroffel): Nara!

Een klein uurtje in de trein met onze koffers op zak bracht de treitro ons van Kyoto naar Nara. Op het Nara station dropten we onze bagage in handige ‘coin lockers’ en gingen we op pad. We startten met Kofuku tempel, wat bestond uit meerdere, grotere gebouwen. Helaas niet veel interessants verder te vertellen hierover. Vervolgens gingen we naar het Nara Park, waar de pret pas echt begon. Het Nara Park was namelijk een ontzettend grote tuin dat kilometers leek uit te strekken. Op zich stelde het park niet zo veel voor: wat gras, grindpaden en bomen. Geen bloemen. Geen fonteinen. Geen fancy standbeelden. Het was een erg eenvoudig park. Toch was het een hele leuke ervaring. Waarom? Omdat er inwoners in dat park waren die onwijs amusant waren. De inwoners waren namelijk tamme herten. Die liepen vrij door het park rond en kon je aaien en eten geven. Tamme herten! Kun je het geloven?

Nara Park2Nara Park4

Mijn kamergenootje liet mij vertellen dat in Nara de herten als ‘heilig’ werden gezien. Je mocht ze dan ook niks aan doen. Wel werd er op verschillende bordjes gewaarschuwd voor alles dat zíj je aan konden doen. Het zat namelijk zo. Op verschillende plekken in het Nara Park stonden mannetjes met wagentjes vol koekjes die je kon kopen om de herten te voeren (ander voedsel mocht je niet geven, omdat de kans bestond dat het dier er ziek van kon worden). Kocht je echter deze koekjes en begon je de hertjes te voeren, dan kwamen opeens alle herten op je af. Als je voedsel dan op was, kreeg je ongeduldige kopstoten van de dieren die graag nog zo’n lekker koekje lusten (sommigen beten zelfs voor aandacht). Sommige mensen werden meters achtervolgd door het dier, voordat het hert zijn ogen focuste op een ander slachtoffer met etenswaren. Een aantal Japanse meiden gingen er gillend vandoor, terwijl een kudde herten achter ze aan renden. Behoorlijk amusant om te zien. Snap je nu waarom Nara Park zo leuk was? Je kon de hertjes aaien en eentje vond de broek van Cas wel erg lekker smaken en begon er aan te likken. We zagen ook hertjes die een buiging maakten indien jij een buiging naar hen maakten. Zelf probeerden we dit bij een paar herten ook uit, maar we slaagden er niet om hetzelfde effect te krijgen.

Eenmaal genoeg herten gezien, vervolgden we onze weg naar de Todai-ji tempel. Hierin stond een Boeddha van een immense grootte. Het was indrukwekkend om te zien hoe mensen in staat waren om een mega standbeeld te maken voor hun religie. Alle bloed, zweet en tranen dat in dat ding op moest zijn gegaan…

Todaiji2

Als derde op ons lijstje stond de Issu-en garden, maar helaas was deze dicht op een dinsdag. Dus gingen we maar naar het Kasuga Taisha. Het moet gewoon gezegd worden: op een gegeven moment, als je zoveel dagen achter elkaar onderweg bent, lijken alle tempels en shrines opeens op elkaar. Hoewel deze shrine de indrukwekkendste zou moeten zijn van de 1000 Kasuga shrines door heel Japan, vonden we weinig verschillen met voorgaande gebouwen.

Uiteindelijk, omdat we nog tijd over hadden, besloten we maar een interessant Japanese maaltijd uit te proberen, namelijk: shaved ice met de smaak van green tea met daarop (houd je vast) red beans en condensed milk. Het was een en al suiker en water. Hoewel ik de green tea smaak en de condens melk wel kon waarderen, associeerde ik de rode bonen toch net iets te veel met avondeten, waardoor het gerecht gemengde gevoelens opriepen. Ik ben er nog niet over uit of ik rode bonen pasta nou zo lekker vind als de Japanners…

Shaved ice met rode bonen

Ons Nara avontuur eindigde laat middag met een treinreis naar Osaka. Op die trein ervoer ik een interessant gevoel. Ken je dat gevoel dat je zo plotseling kan krijgen? Dat gevoel van: wow ships, ik ga daarheen! Echt waar! Geen grapje!

Dat gevoel had ik dus op onze weg naar Osaka. Terwijl het onbekende landschap voor het raam voorbij vloog, besefte ik dat ik in Japan was, op weg naar Osaka. My dream come true.

Ja, duh, zeg je dan misschien. Dat wist je toch toen je op het vliegtuig stapte? Maar nee, soms vergeet je dat (hoe onwerkelijk dat ook klinkt) en dan ervaar je het opnieuw als je in een trein zit naar Osaka. Het is net een adrenaline schok dat door alle ledematen gaat, beginnend bij je borstkas en eindigend bij je tenen. En toen was het weer voorbij en arriveerden we in onze nieuwe herberg. Vaarwel Gojo Guesthouse, welkom Peace house Sachi. De naam van de herberg insinueert het al een beetje: het leek wel een hippie slaapplek. Het was geen vier sterren hotel en het gezamenlijke vertrek was ietwat kleiner dan wat we gewend waren bij Gojo Guesthouse. Het slot op het toilet was bijna kapot en het lichtje in de douche werkte niet… Maar het is goedkoop en de mensen zijn aardig. De medewerkers zijn ook goed geïnformeerd en erg bedachtzaam.

Vier nachten in Osaka staan ons te wachten. Morgen gelukkig even geen tempels…

Foto’s

2 Reacties

  1. Annatjie:
    24 augustus 2016
    Je mag dus iets toevoegen aan je lijstje: Japanners houden van rijst, katten, rijtjes én herten! Veel plezier in Osaka xx
  2. Stèphan:
    25 augustus 2016
    Haha, toilet stories - my favorite.
    Nice daai gevoel van ' this is actually happening ' ja: keep enjoying!